Verhaal

Congo helpen op de digitale trein te springen

Als onderneming voor digitale opleidingen heeft Itot Africa het niet onder de markt in de provincie van Haut-Katanga, DR Congo, waar onbetrouwbaar internet, elektriciteitsproblemen en een overheid die de digitale trein gemist had, grote remmen zijn. Toch kan het jonge team, dat landgenoten aan een baan wil helpen via 21ste-eeuwse vaardigheden, al mooie adelbrieven voorleggen.

Samy Mwamba en zijn vrienden zaten in 2017 in het laatste jaar van hun studies software-ingenieur aan de universiteit van Lubumbashi, in het zuidoosten van de Democratische Republiek Congo, toen ze zich zorgen begonnen te maken over hun jobkansen. Ze zagen de cohorten voor hen – digitale tovenaars, stuk voor stuk, en werkloos. Hoe kon dat, in een wereld die hongert naar digitaal talent? Hadden ze niet de juiste vaardigheden geleerd? Was er geen vertrouwen in hun kunnen? Deden bedrijven liever een beroep op buitenlandse werknemers?

Ze wilden hun toekomst zelf vormgeven en richtten Itot Africa op. “In het begin deelden we gewoon onze apps en onze ideeën met universiteiten en overheden,” vertelt Samy Mwamba. Maar ze bleven zonder werk zitten. Tot ze op een dag op Facebook de oproep zagen van een Canadees bedrijf, dat telewerkende IT’ers zocht in Franstalig Afrika. Het bedrijf was zo tevreden dat het Itot Africa vroeg om nog meer profielen door te sturen.

Omdat deze jongeren nog niet de vaardigheden hadden die ze nodig zouden hebben voor deze klant en de universiteit doof bleef voor het aanbod van Itot Africa om zo’n module te organiseren, stelde het team het Canadese bedrijf voor om zelf de jonge talenten klaar te stomen. “Ze hebben ons betaald om die opleiding ineen te boksen en zij pikten er dan de beste leerlingen uit. We hadden meteen onze missie: zorgen voor digitale jobs in Afrika.”

Itot Africa kijkt daarbij steeds naar de behoeften van Congolese burgers, bedrijven en organisaties om hun aanbod aan te passen en uit te breiden. Ze kregen daarvoor steun van de Fonds Thibault en New Generation DRC Fund, beheerd door de Koning Boudewijnstichting. “We zijn ondertussen geëvolueerd naar een opleidingsacademie voor iedereen die zich wil scholen in digitale vaardigheden,” zegt Mwamba.

Toen COVID-19 in 2020 toesloeg, kon Itot Africa gelukkig ook terugvallen op de KBS. “Onze buitenlandse klanten, vooral kleine bedrijven, sloten de deuren, het werd financieel erg lastig. We hebben toen een eigen participatiefonds opgericht, waar iedereen toe kon bijdragen, bovenop de steun van de Stichting. We zijn een van de weinige jonge bedrijven die de pandemie overleefd hebben.”

COVID-19 deed Mwamba en zijn collega’s pas echt beseffen wat er nodig was. “We hadden ons tot dan vooral gericht op geavanceerde digitale vaardigheden, zodat IT’ers werk konden vinden, maar tijdens de coronacrisis merkten we dat zelfs advocaten niet wisten hoe ze een mail moesten versturen of een videogesprek moesten houden. Je kan hier afstuderen aan de universiteit zonder ooit één computer te hebben aangeraakt.”

Met de steun van de KBS werden computers, tafels en stoelen aangekocht, zodat de opleidingsacademie van start kon gaan. “We kregen steeds meer bekendheid in de provincie. Ook al omdat je niet meteen voor een heel jaar opleiding moet volgen. Je kan ook een uur of week of een maand les volgen om één specifieke digitale tool onder de knie te krijgen,” zegt Mwamba.

De pandemie zorgde ook op een ander vlak voor een versnelling. “We zijn begonnen met de ontwikkeling van het eerste Franstalige onlineleerplatform op aanvraag in Afrika beneden de Sahara. Eender wie kan er opleidingen volgen. Als er een grote vraag blijkt naar een opleiding die we nog niet hebben, duiken we de studio in om ze te maken en zetten we ze ook online.”

“We willen niet gewoon ter beschikking stellen, we willen een persoon klaarstomen voor specifieke banen. Stel, je wil websitebouwer worden, dan hebben we een leertraject uitgewerkt om je tot daar te brengen.” En er komen steeds meer programma’s bij met de steun van New Generation DRC Fund, gericht op vrouwen en jongeren.

“Vrouwen willen geen digitale opleidingen volgen, hoorden we overal. Dat is omdat ze het niet goed aanpakken. Iemand die van patisserie haar passie en inkomen heeft gemaakt, vorm je niet om tot IT”er. Je zorgt er gewoon voor dat ze de digitale tools leert die ze nodig heeft om haar onderneming te doen groeien. In Goma hebben we vrouwelijke micro-ondernemers op die manier ondersteund.”

Voor jongeren zijn er andere remmen. “Veel opleidingscentra willen jongeren opleiden tot werknemers, maar om een job te hebben moet je bedrijven hebben die rekruteren en die zijn er niet. En zelf een onderneming beginnen, dat doe je niet in een handomdraai. Wij leren ze daarom digitale en technische vaardigheden zoals website bouwen waarmee ze als freelancer aan de slag kunnen, in afwachting van een baan of een eigen onderneming.”

Dankzij de steun van de KBS heeft Itot Africa al meer dan duizend mensen fysiek opgeleid sinds 2019, 4.000 studenten volgen les via het onlineplatform en meer dan 150 mensen vonden een baan of gingen aan de slag als freelancer. En nog komen er nieuwe programma’s bij: voor boeren die leren hoe ze een onlineverkoopsplatform kunnen oprichten, of metereologische data kunnen exploiteren om hun oogst te optimaliseren. Restaurants pour le cerveau, kleine lokale opleidingscentra waar mensen in de provincie met weinig geld of zonder computer tegen beperkt tarief toegang krijgen tot een internetverbinding en het onlineplatform. Of in-house-opleidingen aan de universiteit.

Itot Africa zou nog sneller willen gaan. Ze zouden nog sneller kunnen gaan, als de overheid zou meewerken. “Pas sinds vorig jaar hebben we een ministerie voor Digitale Ontwikkeling. Hoe moet je overheden duidelijk maken hoe belangrijk digitalis om miljoenen mensen aan werk te helpen, als ze het niet begrijpen? Tot op vandaag is er samenwerking noch steun. Er is geen wetgeving over databeheer en privacy, wat zorgt voor problemen voor jongeren die naar internationale opdrachten dingen. Vlot online betaalverkeer is er niet. En tijdens de verkiezingen in 2018 werd het internet maandenlang afgesloten. Nieuwe wetten moeten een herhaling daarvan voorkomen.”

Met de steun van ENABEL, de Belgische ontwikkelingssamenwerking, opende Itot Africa in mei een digitale hub, waar 100 gebruikers drie jaar lang gegarandeerd kwaliteitsvol internet en stroom hebben, zodat ze ongestoord kunnen werken. Het onlineplatform van de onderneming werd ondertussen al in franchise gegeven in Oeganda, Ivoorkust en Burundi. En klap op de voorpijl: Itot Africa haalde een contract binnen in de Verenigde Staten, bakermat van de techgiganten. “We gaan in Minneapolis digitale en technische vaardigheden leren aan de zwarte gemeenschap daar, die vaak geen geld heeft om naar de universiteit te gaan.”

"Je kan hier afstuderen aan de universiteit zonder ooit één computer te hebben aangeraakt."
Samy Mwamba
mede-oprichter van Itot Africa

Bij dit alles houdt Itot Africa steeds zijn missie voor ogen: zoveel mogelijk mensen aan een digitale baan helpen. Het breidt zijn opleidingscentrum de komende jaren daarom uit met alle 21ste-eeuwse vaardigheden – technologie, robotica, 3D-printing, digital – in samenwerking met mijnbouwbedrijven en andere bedrijven.

Andere verhalen
Engagement dat inspireert!

Data verzamelen in de strijd tegen ondervoeding

Afrika

"Officieel is één op de twee kinderen ondervoed maar het is het zichtbare deel van de ijsberg, de reële cijfers liggen nog hoger."
Dokter Adolphe Nyakasane
directeur van de ngo Kesho Congo

Andere Fondsen en filantropieformules

Sprinkle (Fonds Vrienden van)

Filantropen steunen projecten van vzw Sprinkle, een opvangcentrum voor Aids-weeskinderen in Zuid-Afrika.

Her Initiative (Europees Fonds Vrienden van)

Her Initiative, geleid door jonge vrouwen, biedt programma's die jonge vrouwen vaardigheden en middelen geven voor digitale inclusie en toegang tot de arbeidsmarkt.

Léon Vandenschrick (Fonds)

Enerzijds, de strijd tegen honger in de wereld; anderzijds, hulp voor mensen die leven met een handicapt door oorlog of geweld wereldwijd.