Nieuwe Vlaamse primitief voor Musea Brugge: ‘Man van Smarten’ van Albrecht Bouts
Musea Brugge verwelkomt met het laatmiddeleeuws schilderij ‘Man van Smarten’ (1500-1525) van Albrecht Bouts een nieuw werk in zijn wereldbefaamde collectie Vlaamse primitieven. Het werk werd door pater Ghislain De Jaeger nagelaten aan de Koning Boudewijnstichting die het aan Musea Brugge in langdurige bewaring gaf. De nieuwe aanwinst is meteen ook te zien in de tentoonstelling ‘Oog in oog met de Dood’.
“In de aanloop naar de tentoonstelling ‘Oog in oog met de Dood’ werd het kunstwerk gerestaureerd door Laetitia Golenvaux en Véronique Geniets. Vanaf 28 oktober is het werk in volle glorie te bewonderen in het Sint-Janshospitaal”, aldus schepen van cultuur Nico Blontrock.
Een belangrijke aanwinst
De laatste eigenaar van ‘Man van Smarten’ van Albrecht Bouts (ca. 1452 – 1549) was pater Ghislain De Jaeger, die het had geërfd van zijn vader, Dr. De Jaeger. Dr. De Jaeger was als oogarts verbonden aan het Sint-Janshospitaal en was lange tijd voorzitter van de Vrienden van Musea Brugge. In 2021 overleed pater Ghislain De Jaeger en liet hij het werk na aan de Koning Boudewijnstichting om het schilderij ter nagedachtenis van zijn vader onder te brengen en publiek toegankelijk te maken in het Groeningemuseum. Daar zal het werk een vaste plek krijgen na de tentoonstelling.
Anne van Oosterwijk, Directeur Collectie bij Musea Brugge: “Tot nu toe ontbrak in onze collectie Vlaamse primitieven representatief werk van belangrijke kunstenaars die in de vijftiende en zestiende eeuw actief waren buiten Brugge. Met ‘Man van Smarten’ van de Leuvense schilder Albrecht Bouts wordt deze lacune opgevuld. Daarnaast was Albrecht Bouts vermoedelijk één van de leerlingen van Hugo van der Goes, wiens ‘De dood van Maria’ een van de topstukken van het Groeningemuseum is. Tot slot visualiseert het devotiewerk ook een minder representatieve en ingetogenere kant van de kunst van de Vlaamse primitieven. We zijn dan ook heel blij met deze bijzondere aanwinst.”
Lijdende Christus
De Ecce homo-schilderijen met een lijdende Christus van Albrecht Bouts en zijn atelier is de belangrijkste verzameling werken van dit type dat is overgeleverd uit de Zuidelijke Nederlanden van de vijftiende en zestiende eeuw. De bewaarde werken, waaronder dit schilderij, laten zien dat het atelier gespecialiseerd was in de serieproductie van deze devotietaferelen.
Het schilderij toont een portret van Christus met doornenkroon tegen een gouden achtergrond. Christus is afgebeeld met gebonden polsen en in de rechterhand een rietstengel, het symbool voor de vernedering die hij ondergaat. De rode mantel symboliseert zijn lijdensweg. Het hoofd lichtjes gebogen, de ogen vol droefenis, en met geopende mond, draagt Christus met waardigheid zijn pijnlijke beproeving.
Het schilderij meet 48 x 33,2 cm in zijn originele lijst en is bovenaan halfrond van vorm, een gebruikelijk formaat dat geschikt was voor private devotie. Onder invloed van de Moderne Devotie, een geloofsbeweging die in de veertiende eeuw werd opgericht, werd het thema van de Man van Smarten erg populair. “Voor de aanhangers van de Moderne Devotie was de inleving in het leven en vooral in het lijden van Christus heel belangrijk”, aldus Van Oosterwijk. Net omdat gelovigen zich konden identificeren met het beeld van de lijdende Jezus, waren deze werken zo geliefd voor private devotie. Hierdoor kon dit werk niet ontbreken in de tentoonstelling ‘Oog in oog met de Dood’, waar het thema geloofsbeleving en zingeving een belangrijke rol speelt.
De zorg voor ons erfgoed
Al meer dan 30 jaar zet de Koning Boudewijnstichting zich via haar Erfgoedfonds in om kunstwerken en belangrijke getuigenissen uit ons erfgoed in België te houden, te bewaren en onder de aandacht te brengen van een breed publiek. Aangekochte werken en documenten worden in langdurige bruikleen gegeven aan Belgische musea en culturele instellingen. In ruim dertig jaar bouwde het Erfgoedfonds – mede dankzij vele schenkingen en de hulp van filantropen – een grote en representatieve collectie op. Vandaag gaat het om een verzameling van meer dan 27.000 kunstwerken en 26 archieffondsen.